Bij het zeefwerk uit WP46, werd dit ijzeren voorwerp (links op de hand) aangetroffen. Het heeft een beetje een hoefijzer-achtige vorm en is sterk door corrosie (ijzerroest) aangetast. De uiteinden van het ‘hoefijzer’ zijn wat platter, en de de bovenkant lijkt wat dikker. Het is vaak lastig om te weten met wat voor een soort van voorwerp je te maken hebt als je het nog niet eerder bent tegengekomen. Gelukkig zijn een aantal soortgelijke vondsten gedaan bij de aanleg van de Noord-Zuid metrolijn in Amsterdam. Al die vondsten zijn prachtig ontsloten en voor iedereen te bekijken: https://belowthesurface.amsterdam/nl.
In dit overzicht staan een aantal exemplaren die sterk op de vondst uit Yesse lijken: in het platte deel blijken gaten te zitten, en soms zijn deze nog wat langer. Ook is duidelijk dat de ronde bocht aan de bovenkant wat is uitgesleten. Dat is goed verklaarbaar als we de functie weten: het zijn bevestigingsogen om de draagbeugel aan een houten emmer vast te maken!
Emmers werden in (en ook nog na) de late middeleeuwen gemaakt van plankjes die aan de onderzijde een groef hadden voor de bodem (op dezelfde wijze als waarmee wijntonnen al sinds de Romeinse tijd van bodems worden voorzien). Aan de buitenkant werden op twee tegenover elkaar geplaatste locaties deze ‘draagogen’ bevestigd, waarna een hengsel van ijzer door beide draagogen gestoken kon worden. Zo kon een emmer met inhoud bijvoorbeeld aan een touw in een waterput worden neergelaten, of van het ‘melckhuys‘ naar de keuken te worden gedragen te Yesse. Een draagoog onder de roest, je moet er maar oog voor hebben.